De wereld van Mia Fredericksen stort in wanneer ze ontdekt dat haar man een affaire heeft met een veel jongere vrouw. Ze verhuist tijdelijk naar een huurhuis in haar geboorteplaats en is boos op alles en iedereen, en vooral vol medelijden met zichzelf. Maar langzamerhand raakt ze steeds meer betrokken bij de levens van de mensen om haar heen: haar bejaarde moeder en haar nog altijd levenslustige v
De wereld van Mia Fredericksen stort in wanneer ze ontdekt dat haar man een affaire heeft met een veel jongere vrouw. Ze verhuist tijdelijk naar een huurhuis in haar geboorteplaats en is boos op alles en iedereen, en vooral vol medelijden met zichzelf. Maar langzamerhand raakt ze steeds meer betrokken bij de levens van de mensen om haar heen: haar bejaarde moeder en haar nog altijd levenslustige vriendinnen, de jonge, luidruchtige buren en de tienermeisjes die ze, meestal tevergeefs, de essentie van poëzie probeert bij te brengen. Tijdens deze zomer leert Mia het leven opnieuw met een frisse blik te bekijken.
De wereld van Mia Fredericksen stort in wanneer ze ontdekt dat haar man een affaire heeft met een veel jongere vrouw. Ze verhuist tijdelijk naar een huurhuis in haar geboorteplaats en is boos op alles en iedereen, en vooral vol medelijden met zichzelf. Maar langzamerhand raakt ze steeds meer betrokken bij de levens van de mensen om haar heen: haar bejaarde moeder en haar nog altijd levenslustige v
De wereld van Mia Fredericksen stort in wanneer ze ontdekt dat haar man een affaire heeft met een veel jongere vrouw. Ze verhuist tijdelijk naar een huurhuis in haar geboorteplaats en is boos op alles en iedereen, en vooral vol medelijden met zichzelf. Maar langzamerhand raakt ze steeds meer betrokken bij de levens van de mensen om haar heen: haar bejaarde moeder en haar nog altijd levenslustige vriendinnen, de jonge, luidruchtige buren en de tienermeisjes die ze, meestal tevergeefs, de essentie van poëzie probeert bij te brengen. Tijdens deze zomer leert Mia het leven opnieuw met een frisse blik te bekijken.
In 1994 wandelt een man over de Alta Via, een hoge weg die Frankrijk met Italië verbindt. Onderweg stopt hij in een afgelegen dorpje, een plek die hij vervolgens niet meer uit zijn hoofd kan krijgen. Enige tijd later schrijft hij in een brief: 'Ik heb zojuist een bouwval gekocht in de bergen van Ligurië. Jou zou het hier wel bevallen.' De geadresseerde is Julia Blackburn, die met deze man, de Nede
In 1994 wandelt een man over de Alta Via, een hoge weg die Frankrijk met Italië verbindt. Onderweg stopt hij in een afgelegen dorpje, een plek die hij vervolgens niet meer uit zijn hoofd kan krijgen. Enige tijd later schrijft hij in een brief: 'Ik heb zojuist een bouwval gekocht in de bergen van Ligurië. Jou zou het hier wel bevallen.' De geadresseerde is Julia Blackburn, die met deze man, de Nederlandse kunstenaar Herman, trouwt. In 1999 verhuist ze naar het dorpje, waar de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog nog altijd pijnlijk aanwezig zijn.
In 1994 wandelt een man over de Alta Via, een hoge weg die Frankrijk met Italië verbindt. Onderweg stopt hij in een afgelegen dorpje, een plek die hij vervolgens niet meer uit zijn hoofd kan krijgen. Enige tijd later schrijft hij in een brief: 'Ik heb zojuist een bouwval gekocht in de bergen van Ligurië. Jou zou het hier wel bevallen.' De geadresseerde is Julia Blackburn, die met deze man, de Nede
In 1994 wandelt een man over de Alta Via, een hoge weg die Frankrijk met Italië verbindt. Onderweg stopt hij in een afgelegen dorpje, een plek die hij vervolgens niet meer uit zijn hoofd kan krijgen. Enige tijd later schrijft hij in een brief: 'Ik heb zojuist een bouwval gekocht in de bergen van Ligurië. Jou zou het hier wel bevallen.' De geadresseerde is Julia Blackburn, die met deze man, de Nederlandse kunstenaar Herman, trouwt. In 1999 verhuist ze naar het dorpje, waar de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog nog altijd pijnlijk aanwezig zijn.
In dit origineel prozadebuut mengt Ní Ghríofa autofictie met essay om haar eigen leven te linken aan dat van de 18de eeuwse Ierse dichter Eibhlín Dubh Ní Chonaill.
In dit origineel prozadebuut mengt Ní Ghríofa autofictie met essay om haar eigen leven te linken aan dat van de 18de eeuwse Ierse dichter Eibhlín Dubh Ní Chonaill.